Klik hier voor grote afbeelding (met gegevens)
Tongewelf met steekkappen

Een tongewelf is stevig en gemakkelijk op te bouwen. Alleen aan de zijkanten blijft er door de lage geboorte weinig van de wand over: de gebruiker van de ruimte - vaak een kelder - kan hier niet veel opstapelen. Het kruisgraatgewelf is één van de gewelfvormen die dit nadeel niet kennen. Het is echter minder sterk en moet veel zorgvuldiger opgebouwd worden.
De kruising van deze twee gewelfvormen is het 'tongewelf met steekkappen'. Het is een tongewelf, want de kruin is over de volle lengte breed herkenbaar. De steekkappen zijn de kleine gewelfkappen die hier dwars in steken. We kennen ze al van het gewone tongewelf: wanneer er ruimte in de constructie geschapen moest worden voor een kelderlicht of -trap, dan werd op die plaats één steekkap aangebracht. Het tongewelf met steekkappen heeft die toegevoegde kappen aan beide zijden, bijna tegen elkaar aansluitend. Wanneer de steekkappen flink groot zijn, dan lijkt de het resultaat heel erg op een kruisgraatgewelf. En beide wanden hebben een reeks van deze dwarskappen, gescheiden door wat wel de aanzet van een gordelboog lijkt. Wie hier een kelderfoto maakt zonder groothoeklens meent achteraf misschien wel troggewelven op gordelbogen vastgelegd te hebben.




Tekst: Jean Penders, 04-2006. Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders